Zalig ziek zijn - Meer rust

Bron: District België - Nederland

Zalig ziek zijn is de titel van een boek geschreven door Pater A. Simons in 1942. In deze coronatijd vinden wij het heel belangrijk om voor de zovele zieke mensen te bidden, aan hen te denken en hen te steunen. Daarom leest u hier het voorwoord van dit boek. De kleine hoofdstukken zullen op wekelijkse basis op onze website (www.fsspx.be/nl) gepubliceerd worden. Laten wij ook het personeel van de zorg in onze gebeden en offers niet vergeten! Dat God en Onze-Lieve-Vrouw altijd aan hun zijde blijven.

MEER RUST

Ik las ergens dat we, rond veertigjarigen leeftijd, een jaar zouden moeten te bed liggen, om gans het machinewerk van ons lichaam tot rust, de wereld van de gedachten en gevoelens tot bezinking te laten komen. Een machine moet al eens stilgelegd om gesmeerd, gepoetst, gereinigd te worden; wieltjes zouden heet lopen; assen uit hun bed geschokt ; het raderwerk uit de haak gelicht.

Rust na arbeid is verzameling van nieuwe krachten voor de arbeid. Zij is er ook de beloning van. “Requiescat in pace” bidt de Kerk voor de zielen. “Zij ruste in vrede!” Dat wil niet zeggen: niets doen, stilleggen van onze krachten en begaafdheden. Neen. Het is het genieten, in een gemakkelijke, levendige blije bedrijvigheid.

Ik herinner me nog levendig de bepaling van de gelukzaligheid ons door onze professor van Wijsbegeerte gegeven: “De zaligheid, zo sprak hij, bestaat in een overvloedige en gemakkelijke werkzaamheid”.

Een rustige bedrijvigheid! Rust is Gods tempo! Hij is de onbewogen Beweger. “Motor immobilis”. God is het middelpunt van het heelal, waarom heen al de werelden en zonnen draaien, zonder zelf bewogen of meegesleept te worden.

Als wij werken en bedrijvig zijn, dan doen we veelal alsof wij het zijn die de dingen voortbewegen, en meestal worden we zelf maar meegesleept en getrokken door de stromingen rondom ons! Hoeveel “leiders” worden niet geleid door de massa ! ?

Ziekte vraagt meestal rust. Rust kan betekenen: 22 uren per dag slapen en 2 uren eten, zoals ik een dokter hoorde zeggen tot een teringlijder. Dat betekende natuurlijk: zo dicht mogelijk bij dat “summum” te komen. Gaat slapen niet, dan minstens de ogen toehouden; - een goede kuur, ook voor zenuw vermoeiden: open ogen vermoeien, gesloten ogen geven rust. - Gaat dat niet de ganse dag, dan ten minste zolang mogelijk.

De meeste zieken weten niet wat rusten is, zo min als ze weten wat het is een kompres leggen of “straf” eten, en hoe ze 't moeten doen. De ongelooflijkste dingen gebeuren op dat punt. De ene legt dag en nacht kompressen om een paard te doen doodzweten, en de andere plakt er een kompreske op als een confettike op een musschenpootje. - De ene meent dat hij drie keer per dag moet beefsteak eten, met daarbij de nodige patatten en de gewone boterhammen met eieren en melk; en de andere is er bang voor zijn maag te overladen met botermelk en geroosterd brood.

Maar, we hebben het over de rust. De grote Romeinse dichter, Vergilius, zegt ergens: “God is het, die ons deze rust heeft geschonken”. “Deus nobis haec otia fecit”!

Laten we werkelijk die rust gebruiken als een kostbare gave van God. Ze wordt ons gegeven, opdat al onze krachten tot rust en bezinking zouden komen.

De ziekte moet de kalmte en de vrede brengen van een retraite, van een kloostercel.

Rust herstelt ook de zenuwkracht. Alleen zenuwoverspannenen kunnen moeilijk tot rust komen. Ze hebben hun bezigheid niet af of reeds zitten ze met hun hoofd volop in 't volgende werk. Ze kunnen nooit rustig genieten van 't schone en 't goede dat al afgewerkt is. Ze zitten nooit gerust op een stoel, tenzij als ze totaal op en gebroken zijn, en ze er wel noodgedwongen voluit op moeten gaan neerliggen.

Dit is nochtans de rust, die verkwikt: kalm overschouwen wat gedaan is, zonder U al in te spannen voor 't volgende werk. De lust naar 't volgende werk zal wel komen, als ge genoeg hebt gerust!

Vraag ook niet te veel bezoek. Neem het wel dankbaar aan; het is vanwege de bezoekers een werk van barmhartigheid, en te veel alleen-zijn zou sommige zieken kunnen droefgeestig stemmen en zwaartillend maken.

Rust zal uwe zenuwen stillen en tevens uwe wilskracht sterken. Want als het waar is, dat een gezonde geest gewoonlijk maar huizen kan in een gezond lichaam, “Mens sana in corpore sano” dan is het ook waar, volgens hetgeen de geleerde Pater Vermeersch S.J. eens zegde “Een gezonde wil in een gezond zenuwgestel” – “Voluntas sana in systemate nervoso sano”.

En laat ook zelf de anderen rondom U met rust. Bel ze niet onophoudend op, maar profiteer van de stilte en de rust om uw hart in kalmte te houden. Denk dat O.L. Heer tot U, in deze ziekte, zegt: “Kom nu wat op zij, en rust uit” – “Venite seorsim, et requiescite”.

In de stilte en de rust zal God tot U komen.

Rust nu.

RUST

A. S.

Kom aan mijn harte rusten, kind;

Geen is er, die U zóó bemint;

Geen ander mag U méér bekoren.

 

Het reinst genot is 't dat g'hier vindt,

De liefde van een godlijk Vriend:

Niets zal deez' minneweelde storen.